Een vaste pedagogisch medewerker biedt sociaal-emotionele veiligheid aan een baby. De medewerker weet hoe de baby zich ontwikkelt, waar de baby gestrest van raakt en weet waar de baby behoefte aan heeft. Een vast gezicht is een criterium bij de opvang van nuljarigen.
Het aantal vaste gezichten voor nuljarigen gaat van 3 naar 2. Als er op basis van de beroepskracht-kindratio met 3 of meer pedagogisch medewerkers gewerkt wordt, worden maximaal 3 vaste gezichten toegewezen aan een groep met nuljarigen.
Uitleg vaste-gezichtencriterium
Als het kind aanwezig is, werkt er altijd minimaal één vast gezicht van het kind op de groep. Er kunnen dus meer pedagogisch medewerkers, al dan niet structureel, op de betreffende groep werken, naast de ‘vaste’ gezichten. De vaste gezichten worden bepaald per kind, niet op groepsniveau.
Van welke beroepskracht-kindratio moet je uitgaan bij het bepalen van het maximum aantal vaste gezichten?
Het vaste gezichtencriterium geldt per kind. Dat wil zeggen dat per kind bekeken dient te worden hoeveel vaste gezichten er maximaal mogen zijn.
Het kan zo zijn dat het aantal beroepskrachten op de groep van een kind verschilt op de dagen dat het kind komt. De toepassing van het vaste gezichtencriterium kan bij een wisselende beroepskracht-kindratio betekenen dat voor het ene kind een strengere vaste gezichteneis geldt dan voor het andere kind op dezelfde groep.
Hoeveel vaste gezichten mogen er maximaal zijn?
Voor baby’s (nuljarigen) geldt dat maximaal twee vaste gezichten toegestaan zijn bij een groepssamenstelling waar één of 2 pedagogisch medewerker vereist zijn. Er zijn maximaal drie vaste gezichten toegestaan bij een groepssamenstelling die drie of meer pedagogisch medewerkers vereist.
Voor kinderen van 1 jaar en ouder verandert het vastegezichtencriterium niet ten opzichte van de huidige regelgeving. Voor kinderen van 1 jaar en ouder geldt in de dagopvang dat maximaal drie vaste gezichten toegestaan zijn bij een groepssamenstelling waar één of twee pedagogisch medewertkers vereist zijn. Er zijn maximaal vier vaste gezichten toegestaan voorkinderen van 1 jaar en ouder bij een groepssamenstelling die drie of meer pedagogisch medewerkers vereist.
Wat is een vast gezicht?
Een vast gezicht is één van de pedagogisch medewerkers die aanwezig moet zijn als het kind aanwezig is.
Als het kind aanwezig is, werkt er die dag minimaal één vast gezicht van het kind op de groep, zodat het kind minimaal één vertrouwd gezicht ziet. Er kunnen meer pedagogisch medewerkers, al dan niet structureel, op de betreffende groep werken, naast de vaste gezichten. Het maximum aantal vaste gezichten en welke pedagogisch medewerkers dat zijn wordt bepaald per kind, niet op groepsniveau.
Moet de mentor één van de vaste gezichten van het kind zijn?
De mentor hoeft niet één van de vaste gezichten van het kind te zijn, maar moet wel als pedagogisch medewerker werkzaam op de stamgroep of basisgroep van het kind. Omdat het essentieel is dat de mentor het kind echt kent.